Veilig werken met cytostatica
Als verpleegkundige, verzorgende of verpleegkundig specialist in de wijk verleen je soms zorg aan mensen met kanker die worden of zijn behandeld met cytostatica. Het is belangrijk om dan beschermingsmaatregelen te nemen, omdat cytostatica schadelijk kunnen zijn als je er vaak en lang mee in aanraking komt. De handreiking ‘Veilig werken met cytostatica’ geeft advies om veilig te werken en een besmetting met cytostatica te voorkomen. Hieronder vind je een samenvatting van de belangrijkste aanbevelingen uit de handreiking.
- via de huid (direct contact met besmette oppervlakken)
- via de mond (hand-mondcontact)
- via de longen (inademing van aerosolen of gassen)
- Pas altijd handhygiëne toe volgens protocol.
- Draag bij elke handeling schone nitril handschoenen, als je in contact kunt komen met uitscheidingsproducten. Deze handschoenen moeten voldoen aan de NEN-EN 16523-1:2015+A1:2018.
- Doe nieuwe handschoenen aan als je in contact bent gekomen met uitscheidingsproducten of dingen die mogelijk besmet zijn.
- Bekijk per handeling of extra maatregelen nodig zijn.
- Draag bij spatgevaar een halterschort, neusmondmasker en een spatbril. Bijvoorbeeld bij het legen van een po of katheterzak.
- Leg de zorgvrager uit dat je maatregelen neemt om het risico op besmetting te verkleinen.
- Pas handhygiëne toe volgens protocol.
-
Draag bij elke handeling schone nitril handschoenendie voldoen aan de NEN-EN 16523-1:2015+A1:2018.
- Zet cytostaticatabletten en -capsules nooit uit in een weekdoos. Een tablet of capsule moet altijd vanuit de verpakking gecontroleerd worden.
-
Creëer een schone omgeving. Bijvoorbeeld geen eten, drinken, sigaretten of andere medicatie in de buurt.
-
Zorg dat (kleine) kinderen en huisdieren niet in contact komen met cytostatica.
- Controleer altijd deze gegevens van de zorgvrager en het medicijn: juiste zorgvrager, medicijn, dosering, tijdstip en toedieningswijze. En of er een lekkage is, bijvoorbeeld een lekkende elastomeerpomp.
-
Volg altijd het advies van de apotheek die de medicijnen levert.
-
Laat de zorgvrager het liefst de tabletten of capsules zelf uit de verpakking halen. Of de zalf zelf aanbrengen.
-
Bekijk per handeling of extra maatregelen nodig zijn.
-
Heeft de zorgvrager een lopende elastomeerpomp of medicatiecassette? Let dan op de volgende dingen als je binnenkomt:
- hoe de zorgvrager zich voelt
-
mogelijke lekkage van cytostatica uit het systeem
- Is er sprake van een noodsituatie, zoals een lekkage? Bekijk het hoofdstuk noodsituaties.
- het oplossen en geven van tabletten of capsules
- het toedienen van opgeloste tabletten of capsules via een sonde
- het aanbrengen van zalf of crème
- het geven van cytostatica als drankje
-
het afkoppelen van een elastomeer of medicatiecassette die gevuld is geweest met cytostatica
- Pas altijd handhygiëne toe volgens protocol.
- Draag bij elke handeling schone nitril handschoenen die voldoen aan de NEN-EN 16523-1:2015+A1:2018.
- Draag bij spatgevaar een halterschort, neusmondmasker en een spatbril.
- Laat de zorgvrager als het kan zoveel mogelijk in het toilet overgeven.
- Laat de zorgvrager zichzelf verzorgen en wassen als dit kan. Bijvoorbeeld douchen, een wond verzorgen, stoma verzorgen en urineproductie meten.
- Kan de zorgvrager zichzelf niet wassen? Gebruik dan wegwerp-washandjes bij het wassen.
- Gebruik meerlaags keukenrol of toiletpapier om braaksel en andere uitscheidingsproducten op te ruimen. Adviseer de zorgvrager om dit ook te doen.
- Gooi wegwerpmateriaal weg in een dubbele afvalzak. Adviseer de zorgvrager om dit ook te doen.
- Adviseer mannen om zittend te plassen om spatgevaar te voorkomen.
- Adviseer om het toilet 2 keer door te spoelen met de deksel dicht.
- Is er geen deksel? Adviseer de zorgvrager om een celstofonderlegger met de plastic zijde naar boven op het toilet te leggen bij het doorspoelen. Een celstofonderlegger mag maar 1 keer gebruikt worden.
- het wassen en verzorgen van de zorgvrager
- naar het toilet gaan van een volledig zelfstandige zorgvrager
- het gebruiken van een po, urinaal of ondersteek
- incontinentie en diarree
- braken
- sputum ophoesten
- wondverzorging
- urineproductie meten
- adviezen bij zorgvragers met een katheter, stoma, ascitesdrain, thoraxdrainagesysteem, redonpot of maagvochtopvangzak
- Pas altijd handhygiëne toe volgens protocol.
- Draag nitril handschoenen die voldoen aan de NEN-EN 16523-1:2015+A1:2018.
- Adviseer de zorgvrager om schoonmaakdoeken maar 1 keer te gebruiken.
- Adviseer de zorgvrager om de badkamer schoon te maken met pH-neutraal schoonmaakmiddel of alkalisch schoonmaakmiddel. Alleen wanneer de zorgvrager een blaasinstillatie met BCG heeft gehad, moet er chloor in plaats van een pH-neutraal schoonmaakmiddel gebruikt worden.
- Bij het schoonmaken van het toilet en de badkamer moet de hele ruimte als besmet gezien worden en schoongemaakt worden.
- Gebruik voor het toilet, de wastafel, vloer en muren steeds een schone schoonmaakdoek. Gooi schoonmaakdoeken na 1 keer gebruiken weg. Kan dit niet? Was de gebruikte schoonmaakdoeken dan meteen.
- Spoel gebruikte schoonmaakdoeken niet uit. Hierdoor kan het water besmet raken.
- Zie je uitscheidingsproducten? Ruim deze dan eerst op met meerlaags keukenrol of toiletpapier.
- Adviseer de zorgvrager om wasgoed direct te wassen wanneer dit vies is geworden door braaksel of urine. Dit wordt ‘besmet wasgoed’ genoemd.
- Adviseer de zorgvrager om met een koud spoelprogramma te starten. Daarna op het wasprogramma dat normaal gekozen wordt.
- Kan het niet meteen gewassen worden? Stop het dan in een aparte (was)zak om besmetting van ander wasgoed te voorkomen.
- het schoonmaken van de badkamer en het toilet
- het wassen van besmet wasgoed
- het afhalen van beddengoed
- Waar bevindt zich de lekkage?
- Hoeveel lekkage heeft er plaatsgevonden (druppels of hele plas)?
- Hoe lang is er al sprake van een lekkage?
- Heeft de zorgvrager ermee rondgelopen in de woning?
- Is de huid van de zorgvrager/mantelzorger/huishoudelijk hulp of naaste met de vloeistof in contact gekomen?
- Zo ja, wat heeft diegene hierna gedaan?
- het calamiteitenpakket
- besmette kleding
- besmette huid
- besmet oog
- verkruimelde tabletten
- besmette omgeving
Samenvatting
Nieuw
Wat zijn cytostatica?
Cytostatica zijn medicijnen die helpen om de groei van cellen in het lichaam te stoppen. Ze worden vaak gebruikt om mensen met kanker te behandelen. De resten van cytostatica kunnen via uitscheidingsproducten in de omgeving van de zorgvrager terechtkomen. Uitscheidingsproducten zijn bijvoorbeeld speeksel, urine, ontlasting, zweet, wondvocht of braaksel. Mensen in de omgeving van de zorgvrager kunnen hiermee in contact komen en besmet raken met de cytostatica. Dit kan schadelijk zijn. Je kunt op de volgende manier besmet raken:
In de wijkverpleging ontstaat een besmetting meestal door direct contact met de huid. Cytostatica kunnen gezonde cellen beschadigen. Veel cytostatica kunnen ook kankerverwekkend zijn. Ook kunnen ze schadelijk zijn voor de voortplanting en een foetus.
Let op!
Sommige mensen met een ontstekingsziekte, zoals reuma of de ziekte van Crohn, krijgen een kleine hoeveelheid cytostatica. De adviezen uit deze handreiking gelden niet voor zorgvragers met een ontstekingsziekte.
Risicoperiode van cytostatica
Elk soort cytostaticum heeft een periode waarin je voorzichtig moet zijn en beschermingsmaatregelen moet nemen om een besmetting te voorkomen. Dit wordt de risicoperiode of besmettingsperiode genoemd. Het ziekenhuis waar de zorgvrager behandeld wordt, geeft aan hoe lang deze periode is. Is dit niet bekend? Ga er dan van uit dat de risicoperiode 7 dagen duurt.
Weet je niet zeker of je beschermingsmaatregelen moet nemen? Zoek het dan op in de crashkaart oncolytica van de NVZA. In dit overzicht kun je zien voor welke medicijnen extra maatregelen nodig zijn. En hoe lang de afvalstoffen besmettelijk zijn.
Zwanger, borstvoeding of kinderwens
De maatregelen in deze handreiking zorgen ervoor dat iedereen veilig kan werken met cytostatica. Ben je zwanger, geef je borstvoeding of heb je een kinderwens? Dan hoef je geen extra maatregelen te nemen. Wil je bepaalde taken toch liever (tijdelijk) niet doen? Bespreek dit dan met je werkgever.
Algemene adviezen
Hieronder lees je adviezen om een besmetting te voorkomen. Volg deze adviezen tijdens de risicoperiode. Deze adviezen zijn ook belangrijk voor mensen die helpen bij de zorg, zoals naasten en mantelzorgers.
Vaak krijgen zorgvragers leefregels mee vanuit het ziekenhuis waar ze de behandeling hebben gehad. Check of de zorgvrager of hiervan op de hoogte is. Houd ook rekening met de situatie van de zorgvrager. Bijvoorbeeld als een zorgvrager met een laag inkomen niet alle adviezen kan opvolgen.
Bekijk hoofdstuk 1 van de handreiking voor meer informatie over algemene adviezen en adviezen voor de zorgvrager.
Cytostatica geven
Laat de zorgvrager de medicijnen zelf innemen als dat kan. Neem beschermingsmaatregelen als je de cytostatica wel aan de zorgvrager moet geven. Zo maak je het risico op een besmetting kleiner. Hieronder staan de belangrijkste adviezen bij het geven van cytostatica.
Voorbereiding
Uitvoering
Bekijk hoofdstuk 2 van de handreiking voor instructies over:
Verzorging van de zorgvrager
Laat de zorgvrager zoveel mogelijk zichzelf verzorgen. Zo verklein je de kans dat je in aanraking komt met resten van cytostatica. En stimuleer je eigen regie van de zorgvrager. Hieronder staan de belangrijkste adviezen:
Bekijk hoofdstuk 3 van de handreiking voor meer informatie en instructies over:
Huishoudelijke taken
Als zorgverlener doe je in principe geen huishoudelijke taken, alleen in noodsituaties. Laat de zorgvrager huishoudelijke taken zoveel mogelijk zelf doen. Zorg ervoor dat de zorgvrager weet hoe hij of zij op de juiste manier moet schoonmaken. Hieronder vind je de belangrijkste adviezen voor huishoudelijke taken.
Lees hoofdstuk 4 van de handreiking voor instructies over:
Afval weggooien
Een cytostaticabesmetting kan ook via het afval gebeuren. Afval kan tot 7 dagen nog resten van cytostatica bevatten. Gebruik zoveel mogelijk wegwerpmateriaal en adviseer de zorgvrager om dit ook te doen.
Hieronder zie je per soort afval hoe je dit het beste kunt weggooien. Als het ziekenhuis of de apotheek die de cytostatica levert andere regels heeft gegeven, volg dan die regels.

Noodsituaties
Er is sprake van een noodsituatie wanneer cytostatica of besmette uitscheidingsproducten lekken of morsen. Hierdoor kunnen mensen in de buurt van de zorgvrager besmet raken.
In deze situaties kun je een calamiteitenpakket gebruiken. Hier zitten bijvoorbeeld beschermende kleding en schoonmaakmiddel in. Zorg ervoor dat je weet wanneer en hoe je het calamiteitenpakket moet gebruiken. En waar je het kunt vinden.
Geeft de zorgvrager aan dat zijn kleding, stoel en/of bed nat is? Vraag dan het volgende:
Bekijk hoofdstuk 6 van de handreiking voor instructies over:
- Plas zittend.
- Spoel de wc 2 keer door met de deksel dicht.
- Was uw handen goed na elk wc-bezoek
- Geef het liefst over in de wc. Spoel de wc daarna 2 keer door met de deksel dicht.
- Lukt het niet om in de wc over te geven? Gebruik dan een plastic zak. Knoop de zak dicht en gooi deze weg in een aparte vuilniszak.
- Was uw handen goed na het overgeven en het opruimen van braaksel.
- Maak de wc minimaal 1 keer per dag schoon.
- Gebruik allesreiniger of afwasmiddel bij het schoonmaken. Als u een blaasspoeling met BCG heeft gehad, gebruik dan chloor bij het schoonmaken van de badkamer. Vraag het aan uw zorgverlener als u twijfelt wat u moet gebruiken.
- Gebruik aparte schoonmaakdoeken voor de wc, wastafel, vloer en muren.
- Spoel de schoonmaakdoeken niet uit. Hierdoor kan cytostatica in het water komen. Gooi schoonmaakdoeken na 1 keer gebruiken weg. Kan dit niet? Was de gebruikte schoonmaakdoeken dan meteen.
- Ziet u excreta, zoals zweet of plas? Ruim deze eerst op met meerlaags keukenrol of toiletpapier. Gooi dit weg in een dubbele afvalzak.
- Maak de vloer bij de deuropening schoon. Maak daarna de spiegels, lichtknoppen, wastafel, kranen, wanden, wc-bril en de buitenkant van de wc schoon. Maak dan de binnenkant van de wc schoon. Maak als laatste de vloer nog een keer schoon. Gebruik hierbij elke keer een schone schoonmaakdoek.
- Gooi het gebruikte water door de wc. Spoel dan 2 keer door met de deksel dicht. Geen deksel? Gebruik een celstofonderlegger met de plastic kant naar boven. Gebruik de celstofonderlegger maar 1 keer.
- Spoel de emmer schoon met koud water. Maak deze hierna schoon met allesreiniger.
- Was altijd uw handen na het schoonmaken.
- Was uw handdoeken en washandjes gelijk na het douchen.
- Was besmet wasgoed het liefst meteen. Voeg hier geen ander wasgoed aan toe.
-
Stop het in de wasmachine en laat eerst een koud spoelprogramma draaien.Was daarna met het gewone programma.
- Kunt u het wasgoed niet meteen wassen? Stop het dan in een aparte zak, zodat ander wasgoed niet besmet raakt.
- Was altijd uw handen als u klaar bent.
- Haal het beddengoed van het bed en haal de kussensloop van het hoofdkussen. Pak hierbij vooral de hoeken vast. Want het midden is meestal het meest besmet.
- Leg de kussensloop op het bovenlaken of dekbedovertrek.
- Werk vanuit de hoeken naar het midden. Sla de punten over het midden heen. Zo zit het minst besmette deel aan de buitenkant.
- Rol daarna ook het hoeslaken op, van boven naar beneden. Sla het ingestopte deel van het hoeslaken bij het voeteneinde als laatste over het totale verzamelde beddengoed heen.
- Was het direct in de wasmachine. Begin met een koud spoelprogramma. Daarna het wasprogramma dat u normaal kiest.
- Kunt u het niet meteen wassen? Stop het dan in een aparte (was)zak, zodat ander wasgoed niet besmet raakt.
- Zijn de cytostatica op kleding gekomen? Trek de kleding direct uit en was deze meteen.
- Zijn de cytostatica op de huid gekomen? Was de huid direct met water en zeep.
- Zijn de cytostatica in het oog gekomen? Spoel het oog direct uit met water en bel de dokter.
- Op kanker.nl kunt u meer lezen over kanker.
- Op apotheek.nl vindt u informatie over medicijnen zoals cytostatica.
-
Op kwf.nl vindt u informatie en ondersteuning over kanker en behandelingen.
Patiënteninformatie
Nieuw
Cytostatica: medicijnen tegen kanker
Waar moeten u en uw naasten op letten als u medicijnen tegen kanker gebruikt?
Cytostatica zijn medicijnen tegen kanker. U kunt deze op verschillende manieren innemen. Nadat ze in uw lichaam hun werk hebben gedaan, komen ze uw lichaam weer uit. Bijvoorbeeld via uw plas, poep, braaksel, zweet, bloed, speeksel en wondvocht. Dit kan schadelijk zijn voor mensen in uw omgeving. Hieronder leest u wat u kunt doen tijdens de behandeling. Deze informatie is ook belangrijk voor uw naasten.
Wat zijn cytostatica?
Cytostatica zijn medicijnen die de groei van kankercellen remmen of stoppen. Daardoor kan de tumor kleiner worden of verdwijnen. Dit wordt ook wel chemotherapie genoemd. U krijgt cytostatica via pillen, een drankje, een spuit, zalf of een infuus. Cytostatica gaan via uw bloed naar uw lichaamscellen.
De resten van cytostatica verlaten uw lichaam in de dagen na de behandeling. Dit gebeurt via plas, poep, braaksel, zweet, bloed, speeksel en pus. Dit wordt ook wel excreta genoemd. Cytostatica kunnen schadelijk zijn voor mensen in uw omgeving. Daarom is het belangrijk om goed op te letten bij het omgaan met excreta. Volg de adviezen van uw zorgverlener om uw omgeving te beschermen.
Hoe lang blijven cytostatica in het lichaam?
Uw zorgverlener vertelt u hoe lang de resten van de cytostatica in uw lichaam blijven en dus uit uw lichaam kunnen komen. Deze periode heet de risicoperiode of besmettingsperiode. In deze periode is het belangrijk dat mensen om u heen niet met uw excreta in contact komen. Hieronder leest u adviezen voor de risicoperiode.
(Intiem) contact tijdens de risicoperiode
Tijdens de behandeling met cytostatica mag u gewoon mensen aanraken. Zoals een hand geven, knuffelen, zoenen en vrijen. Het is niet zeker of er resten van cytostatica in sperma of in de vagina zitten. Gebruik daarom tijdens de risicoperiode en de week daarna wel een condoom bij het vrijen.
Let op!
Zolang u in de risicoperiode zit, is het belangrijk dat u dit vertelt aan iedereen die bij u thuis komt. Ook
aan de huishoudelijke hulp en thuiszorg.
Waar moet u tijdens de risicoperiode op letten?
Probeer zoveel mogelijk zelf voor uw omgeving en uzelf te zorgen. Zo verkleint u de kans dat mensen bij u in uw omgeving in contact komen met uw excreta. Hieronder staan tips voor de risicoperiode.
Naar de wc gaan
Overgeven
Wanneer u misselijk bent en denkt dat u gaat overgeven:
Veilig schoonmaken
Neem tijdens de risicoperiode maatregelen bij huishoudelijke taken, zoals het schoonmaken van de wc. Probeer zoveel mogelijk zelf te doen. Zo voorkomt of verkleint u de kans dat mensen om u heen in aanraking komen met cytostatica.
Hieronder staan adviezen voor het schoonmaken tijdens de risicoperiode. U hoeft zelf geen beschermende kleding te dragen, zoals handschoenen. Maar als anderen bij u schoonmaken, moeten zij dat wel doen. Gebruik dan het liefst handschoenen die voldoen aan de NEN-EN 16523-1:2015+A1:2018. Deze laten geen cytostatica door.
Badkamer en wc schoonmaken
Volg deze stappen als u de badkamer en wc schoonmaakt. Maakt iemand anders schoon? Zorg dan dat hij of zij handschoenen draagt. Gooi deze na het schoonmaken weg in een dubbele afvalzak.
Besmet wasgoed wassen
Is wasgoed nat geworden, bijvoorbeeld door zweet? Dit wordt besmet wasgoed genoemd. Volg dan
deze stappen. Doet iemand anders de was? Zorg dan dat hij of zij handschoenen en eventueel een halterschort draagt. Gooi deze na het wassen weg in een dubbele afvalzak.
Beddengoed verschonen
Gaat u het bed verschonen? Volg dan deze stappen. Doet iemand anders dit? Zorg dan dat hij of zij handschoenen en een halterschort draagt. Gooi deze na het wassen weg in een dubbele afvalzak.
Let op!
Houd besmet wasgoed, zoals gebruikte schoonmaakdoeken en beddengoed, altijd uit de
buurt van kinderen en huisdieren.
Wat moet u doen als iemand in contact komt met medicijnresten?
Afval weggooien
Meer informatie
Vragen
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Praat er dan over met de zorgverlener van wie deze informatie heeft ontvangen of ga naar uw behandelend arts.