Algemene Dagelijkse Verrichtingen
Als verpleegkundige of verzorgende ondersteun je de zorgvrager om zo zelfstandig mogelijk te leven en zich comfortabel te voelen. Ondersteuning bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) is hierbij een belangrijk onderdeel. Je probeert de zorg aan te sluiten bij de zorgvrager die je voor je hebt. ADL-zorg gaat verder dan het uitvoeren van ADL-zorgacties. De zorgmomenten bieden jou de mogelijkheid om een breder beeld te vormen van hoe het met de zorgvrager gaat. De V&VN-richtlijn ‘Zorg bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen’ biedt handvatten voor het verlenen van goede ADL-zorg. In de onderstaande samenvattingskaart lees je de belangrijkste aanbevelingen uit de richtlijn.
- tijdens het ADL-zorgmoment te laten zien hoe je iemand ondersteunt bij de ADL-handelingen of deze handelingen samen uit te voeren;
- de mantelzorger te instrueren hoe hij/zij zelf gebruik kan maken van hulpmiddelen, zoals een douchestoel of loophulpmiddel, om de ondersteuning te vergemakkelijken.
- Zit-naar-sta-activiteit om de mobiliteit te vergroten.
- Loopinterventie om de ADL-zelfstandigheid bij oudere zorgvragers in het ziekenhuis te vergroten.
- Mobiliteitsprotocol om de ADL-zelfstandigheid bij oudere zorgvragers in het ziekenhuis te vergroten.
- Vroegmobiliseringsprotocol om de mobiliteit bij zorgvragers op de intensive care te vergroten.
- Foutloos leren interventie om zorgvragers met dementie of Korsakov in het her-leren van ADL-vaardigheden te ondersteunen.
- Passiviteiten van het Dagelijks Leven (PDL) om het comfort tijdens de uitvoering van ADL te vergroten.
- Privacy, geruststelling, informatie, afleiding en evaluatie-interventie om neuropsychiatrische verschijnselen zoals angst en prikkelbaarheid te verminderen.
- Op mogelijkheden gerichte ochtendzorg om agitatie te verminderen.
- Herstelgerichte zorg voor mensen met een cognitieve beperking om agitatie te verminderen.
- Persoonsgericht Baden en Baden zonder strijd om agitatie en ongemak te verminderen.
- Handdoeken Bad of alternatieve methodes voor ‘verzorgend’ wassen, om agitatie en ongemak te verminderen.
- Toiletprogramma om verbale en fysieke agitatie te verminderen.
- Bewegingsgerichte zorg om de ADL-zelfstandigheid te vergroten.
- Montessori-interventie om de eetvaardigheden te vergroten.
- Training in voedingsvaardigheden om de eetvaardigheden te vergroten.
- Foutloos leren interventie om zorgvragers met dementie of Korsakov in het her-leren van ADL-vaardigheden te ondersteunen.
Samenvatting
Wat verstaan we onder ADL-zorg?
ADL-zorg bestaat uit het ondersteunen van de zorgvrager bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten.
De volgende activiteiten behoren tot ADL:
Geschikt moment voor risicosignalering
ADL-zorgmomenten bieden jou als zorgverlener de mogelijkheid om alert te zijn op gezondheidsrisico’s bij de zorgvrager. Dit helpt om vroegtijdig (gezondheids)problemen op te sporen en hierop te reageren. Begin met verkennen en vaststellen van risico’s, bijvoorbeeld een verandering in gedrag of een wond. Bespreek vervolgens je waarnemingen met de zorgvrager en stem vervolgacties samen af. Betrek hierbij ook een eventuele mantelzorger of andere hulpverleners. Tenslotte evalueer je op een later moment de zorg en stel je bij waar nodig.
Bekijk uitgangsvraag 5 van de richtlijn voor meer informatie over risicosignalering.
ADL-zorgbehoefte in kaart brengen
Om de ADL-zorgbehoefte in kaart te brengen verzamel je op verschillende manieren gegevens over de situatie van de zorgvrager. Leg alle verzamelde gegevens vast in het zorgdossier van de zorgvrager, zodat er een compleet beeld ontstaat.
Subjectieve gegevens verzamelen: Ga in gesprek met de zorgvrager en de mantelzorger. Bespreek ADL-gewoontes, bijvoorbeeld tijdens een intakegesprek, en breng eventuele klachten op ADL-gebied in kaart.
Objectieve gegevens verzamelen: Gebruik een meetinstrument, zoals de Barthel Index of de Utrechtse Schaal voor de Evaluatie van Klinische Revalidatie, om de ADL-zelfstandigheid van de zorgvrager vast te stellen en te evalueren.
Contextgegevens verzamelen: Door middel van een gesprek met de zorgvrager en gerichte observaties van de woonomgeving breng je de sociale en fysieke omgeving van de zorgvrager in kaart.
Bekijk uitgangsvraag 2 van de richtlijn voor meer informatie over meetinstrumenten om de ADL-zorgbehoefte en de zelfstandigheid te inventariseren.
Hoe betrek je de zorgvrager?
Als zorgprofessional probeer je de zelfredzaamheid van de zorgvrager tijdens de ADL-zorg te stimuleren. Het is daarom belangrijk om de zorgvrager te betrekken. Dit doe je door:
Informeren: Informeer de zorgvrager over zaken die vanuit jouw professionele expertise belangrijk zijn rondom ADL-zorg;
Bespreken: Bespreek wat de zorgvrager op het gebied van ADL belangrijk vindt en stel samen ADL-doelen en zorgafspraken op. Voer de doelen en afspraken zoveel mogelijk gezamenlijk uit en evalueer.
Betrekken: Benadruk dat de zorgvrager een stem heeft in de keuzes rondom ADL-zorg.
Probeer zoveel mogelijk toe te werken naar een relatie op basis van vertrouwen, respect, gelijkwaardigheid en gedeelde verantwoordelijkheid. Dit doe je door respectvol met de zorgvrager om te gaan en je aan de gemaakte afspraken te houden. Ook is het belangrijk dat je je bewust bent van hoe je over kan komen (bijvoorbeeld directief of taak-georiënteerd) en welk effect dit op de zorgvrager kan hebben.
Bekijk uitgangsvraag 1 van de richtlijn voor meer informatie over het betrekken van de zorgvrager.
Neem de mantelzorger mee
Mantelzorgers spelen een belangrijke rol bij het ondersteunen van ADL voor hun dierbare, met name in de thuissituatie. Daarnaast kunnen zij jou als zorgverlener belangrijke informatie geven over gewoontes en behoeftes van de zorgvrager. Ga in een gesprek met de mantelzorger na in hoeverre hij/zij zich competent voelt om de zorgvrager bij ADL te ondersteunen.
Vergroot de kennis en vaardigheden van de mantelzorger door:
Bekijk uitgangsvraag 4 van de richtlijn en de V&VN richtlijn Mantelzorg voor meer informatie over het betrekken van de mantelzorger.
Effectieve interventies
Om de ADL-zelfstandigheid of de comfort van de zorgvrager te vergroten kun je de volgende interventies overwegen:
ADL-zelfstandigheid vergroten
Comfort bieden
Specifiek bij zorgvragers met dementie in verpleeghuizen
Bekijk uitgangsvraag 3 van de richtlijn voor meer informatie over bovenstaande ADL-interventies.
Printversie
Download hier de printversie van de samenvattingskaart.
- Wassen/douchen, hulp bij afdrogen.
- Aankleden, uitkleden, hulp met steunkousen aan- en uittrekken.
- Naar de wc gaan. Of hulp met bijvoorbeeld een postoel, incontinentiemateriaal, maandverband of tampons.
- Verzorging van uw uiterlijk. Bijvoorbeeld: uw huid insmeren, nagels knippen, tandenpoetsen, haren drogen, kammen en make-up opdoen.
- Bewegen in huis. Bijvoorbeeld verplaatsen van bed naar stoel of traplopen.
- Eten en drinken.
- Op www.hulpmiddelenwijzer.nl vindt u handige tips en praktische informatie over hulpmiddelen bij dagelijkse activiteiten.
- www.regelhulp.nl: website van de overheid voor het regelen van extra hulp of zorg in huis. Van hulp bij het huishouden tot ondersteuning bij persoonlijke zorg.
Patiënteninformatie
Hulp bij persoonlijke zorg
Wat houdt het in en wat kunt u verwachten?
U krijgt hulp bij uw persoonlijke verzorging. Een zorgverlener helpt u bij de dingen die u niet helemaal zelf kunt, bijvoorbeeld wassen of aankleden. Hierna leest u wat dat voor u inhoudt. Deze informatie kan ook helpen als u voor iemand zorgt die hulp bij persoonlijke verzorging nodig heeft.
Wie geeft de hulp?
Bij uw persoonlijke verzorging kunt u hulp krijgen van een verpleegkundige, verzorgende of helpende. We noemen ze hierna kortweg ‘de zorgverlener’.
Waarbij krijgt u hulp?
De zorgverlener helpt u bij de dingen die u niet helemaal zelf kunt. Daarbij kunt u denken aan:
Uw wensen
Sommige mensen vinden het prettig om hulp te krijgen, anderen juist heel vervelend. Iedereen heeft eigen wensen, behoeften en gewoontes als het om persoonlijke verzorging gaat. Bespreek met uw zorgverlener wat u belangrijk vindt, zodat de zorg voor u zo prettig mogelijk is.
Wat kunt u zelf?
Uw zorgverlener kijkt niet alleen naar wat u niet helemaal zelf kunt, maar ook naar wat u nog wél kunt. Het kan prettig zijn om zelf te blijven doen wat kan, zodat u zo min mogelijk afhankelijk hoeft te zijn van anderen. Meer zelf blijven doen helpt vaak ook om gezond te blijven. De zorgverlener neemt niet zomaar alles van u over: u bepaalt samen wat nodig is. U kunt ook samen kijken of er manieren zijn om weer meer zelf te kunnen. Bijvoorbeeld met hulpmiddelen, zoals een rollator of aangepast bestek.
Afspraken maken
De zorgverlener kijkt samen met u naar wat u wilt bereiken met de zorg. Bijvoorbeeld: u wilt uw dagelijkse dingen kunnen blijven doen, zoals u het gewend bent. Of dat u het weer zelf kunt, nadat u een tijdje hulp heeft gehad. De zorgverlener zet in overleg met u de afspraken in uw zorgdossier. Zo weten andere zorgverleners ook wat belangrijk is voor u. Natuurlijk kunnen de afspraken altijd weer aangepast worden. Bespreek het in dat geval met uw zorgverlener.
Mantelzorger
Misschien kunt u niet zelf afspraken maken over uw zorg, bijvoorbeeld omdat u te ziek bent. Dan overlegt de zorgverlener met uw mantelzorger(s). Bijvoorbeeld uw partner, kind of een andere naaste. Als u thuis bent helpt uw mantelzorger u misschien ook met de dagelijkse verzorging. Dat is fijn, maar soms ook zwaar voor de mantelzorger.
Ondersteuning
Het is goed om te weten dat de zorgverlener ook uw mantelzorger kan ondersteunen. Door samen te bespreken of het nog gaat. Of door praktische tips te geven over de verzorging of het gebruiken van hulpmiddelen, zoals een douchestoel. De zorgverlener kan ook doorverwijzen naar een ergotherapeut of fysiotherapeut als dat nodig is. In deze folder leest u meer over welke ondersteuning uw mantelzorger kan krijgen.
Meer informatie en vragen
Meer informatie
Vragen?
Heb je na het lezen van deze informatie nog vragen? Of heb je meer hulp nodig? Praat er dan over met de hulpverlener van wie je deze informatie hebt gekregen, of ga naar je huisarts. Samen kun je op zoek naar oplossingen.
Printversie
Download de printversie van de patiënteninformatie.