Doe bij verdenking op depressie een anamnese, inclusief heteroanamnese, gericht op emotionele klachten (vooral somberheid en angst), cognitieve en somatische symptomen, gedragsverandering en existentiële problematiek.
Exploreer tijdens de anamnese de volgende punten:
- somberheid en/of anhedonie: beloop, intensiteit, impact op het dagelijks functioneren;
- andere psychische klachten (met name angst);
- slaapproblemen;
- gevoelens van waardeloosheid en/of schuld;
- gedachtes over de dood en suïcidaliteit;
- omgaan met de ziekte en wensen en verwachtingen over het levenseinde;
- de onderliggende somatische aandoening en de somatische klachten;
- depressie als gevolg van (verandering of staken van) medicatie, alcohol, roken en drugs;
- aanwezigheid van stressvolle gebeurtenissen (‘triggers’) en instandhoudende factoren;
- medische (inclusief psychiatrische) voorgeschiedenis;
- psychiatrische aandoeningen in de familie;
- sociale interacties met naasten en ervaren sociale steun.